woensdag 02 december 2015
Aan het Woord biedt taaltalent podium - 19-4-2015

Aan het Woord biedt taaltalent podium
poetry slam zondag op 19 april bij boekhandel Feijn 


ALKMAAR - De tweede editie van Aan het Woord vindt zondag 19 april plaats in Alkmaar. Dit open podium voor het gesproken woord biedt taaltalenten een kans zich te presenteren. Alle creatieve uitingen in de Nederlandse taal - van verhalen, columns, poëzie, raps en stand-up comedy tot zelfgeschreven en gecomponeerde nederpop - zijn mogelijk.


affiche_aan_het_woord.jpgAan het Woord wordt georganiseerd door Filmhuis Alkmaar, Boekhandel Feijn en Bibliotheek Kennemerwaard. De presentatie van de ‘regionale springplank voor taaltalent’ is voor de tweede maal in handen van Daniël Vis, winnaar van het NK Poetry Slam 2014. Tijdens de eerste versie van Aan het Woord gaven twaalf deelnemers in verschillende disciplines en kwaliteit acte de présence in het Feijntheater.  Aan het Woord vindt dit jaar meerdere keren plaats met een finale in november. De winnaar daarvan mag zich ‘Woordkunstenaar van het Jaar’ noemen. Ook wordt vanuit Aan het Woord een halve finalist aangeleverd voor de NK Poetry Slam in februari 2016. De voorstelling van Aan het Woord begint om 15.00 uur. Toegangskaarten à € 7,50 zijn verkrijgbaar bij boekhandel Feijn aan Laat 47 in Alkmaar en via www.filmhuisalkmaar.nl



Aan het Woord – literaire middag bij boekhandel Feijn in Alkmaar – zondag 19-4-2015 – aanvang: 16:00u

De tweede aflevering van Aan het Woord vindt plaats bij boekhandel Feijn, aan de Laat in Alkmaar.  Aan het Woord werd in 2014 gelanceerd bij filmhuis Alkmaar, waarbij dichter Arjan Blok de voordrachtswedstrijd. Het publiek kon haar voorkeur voor één van de optredende deelnemers kenbaar maken via het omhoog steken van stembordjes.  Volgens presentator Daniël Vis - die de middag inleidt met een nonchalant bierflesje in de hand – zorgde de stemming toen voor de nodige chaos, zodat de organisatie dit keer overgaat op het gebruik van stemformulieren. Na drie stemrondes selecteert het publiek de winnaars nummer 1 en nummer 2,  deze mogen beiden door naar de volgende aflevering van ‘Aan het Woord’. De uiteindelijke finalewinnaar gaat door naar de landelijke NK poetry-slam 2016 in Utrecht.

Presentator Vis maakt een kleine wijziging van het programma bekend. Dichteres Tjitske Jansen, die eerder op de zondag een paar keer bij de boekhandel voorlas uit eigen werk ter promotie van haar bundel, zal ook nog een keer optreden na vier uur ’s middags binnen het programma Aan het Woord, maar zij doet niet mee aan de competitie. Bij deze leesbeurt kiest Tjitske voor het lezen uit haar bundel Curriculum, niet haar meest recente werk. De teksten gaan terug tot vroege jeugdherinneringen - een jeugd in het  Christelijke Barneveld - waarbij de dominee tijdens de godsdienstles indruk maakte met de verhalen over Jezus en Tjitske een eigen voorstelling daarvan probeerde te maken. In een volgend gedicht wordt met treffende observaties beschreven hoe een badbeurt met grotere broer verliep waarbij deze in het bad had gepoept.

Slamwinnaar Arjan Blok treedt ‘hors concours’ op, wat betekent dat hij sowieso doorgaat naar de volgende aflevering van Aan het Woord.  Blok’s gedichten gaan over relaties die beklemming of conflict met zich mee brengen waarbij barokke dichterlijke taal wordt gebruikt en ook een bittere toon vanwege onbegrip bij de wederhelft te bespeuren is. De dichter zit heel dicht op zijn relatieblues, wellicht te zeer. Er is weemoed en melancholie in een sfeervolle tekst over een vertrouwd huis, geladen met herinnering. Presentator Daniël Vis stipt bij zijn introductie van de dichter aan dat hij bij een dergelijke tekst ook al bij de eerste aflevering van Aan het Woord had gehoord, wat natuurlijk een goed ding is als de lading van een gedicht beklijft bij het gehoor. Dit kan een kwaliteitscriterium zijn.

De volgende voordracht is een streekgebonden verhaal. Onderwijzer Johan Mak brengt een een West-Fries verhaal, over de relatie tussen zijn grootouders, de ontmoeting in de boerenkroeg in Waarland op 9 oktober 1918. Het is een ambachtelijk verhaal met gevoelige observatie en nuchtere humor. De sfeerschets is raak getroffen, de luisteraar stelt zich een rokerig bruin lokaal voor waar enigszins stugge, introverte boerenjongens een eigentijds verzetje beleven met Amerikaanse dansmuziek van Fred Astaire, waarbij onderwijl wordt geflirt met het aanwezige vrouwvolk dat uit stevige frisse meiden bestaat die gewend zijn aan het werk op het land.

Als derde deelnemer treedt Anouk Slik op die wordt geïntroduceerd als singer-songwriter.  Haar weemoedige romantische observaties bij eenvoudige schetsmatige gitaarbegeleiding werken ontwapenend bij het publiek.   De introvertie van haar lied past goed bij het groene podiumlicht. ‘Geef mij de diepe volheid waarnaar ik zoek en zo verlang.’ Anouk weet een overmaat aan ego te vermijden en kiest voor bescheidenheid die overtuigt.  Het liedwerk heeft poëtische kracht maar is lastig te vergelijken met de tekstvoordrachten omdat het een eigen genre is dat op zichzelf mag worden beoordeeld. De recensent vraagt zich af of een singer-songwriteract op zijn plaats is bij een gesproken-woord-slam.  Maar ook: ‘Die singer-songwriter komt er ook wel zonder het winnen van een poetryslam’.

Als volgende dichter treedt Casper Coenegracht op. Presentator Vis geeft aan hem goed te kennen uit het Arnhemse literaire circuit, waarbij ook de naam van de literaire kroeg die beiden vaak frequenteren wordt genoemd. Coenegracht introduceert zichzelf uitgebreid als talent zonder plan met gevoel voor mislukkingen. Wat volgt is een overdosis adolescente Weltschmerz - een wijdlopig gedicht over het tragische ego van de dichter - cultureel-angehaucht en als zodanig herkend en bevestigd door de presentator die de gezellige sfeer in Arnhem roemt, het lijkt wel of hij enigszins bevooroordeeld is ten aanzien van deze deelnemer.  Daniël Vis hanteert op studentikoze wijze een ironische presentatiestijl in de trant van Maarten van Rossum. ‘Vanitas, alles is ijdelheid of het najagen van wind.’  De pose van de presentator is flinterdun.

De Heerhugowaarder Elbert Gonggrijp treedt als vanouds op met filosofische bespiegelingen vanuit natuurbeelden en observaties. De nieuwste bundel Alsof ik water was blijkt bij navraag bij de dichter nog niet uit te zijn. Presentator Vis noemt het een uitdaging dat Gonggrijp ooit de opdracht kreeg om gedichten te schrijven voor het kerstpakket van de GGZ. Elbert Gonggrijp overtuigt met zijn afgewogen taal  in eigen universum,  zoals het een dichter betaamt. ‘Het gat in de tijd wil gedicht maar de tijd kent vele gebroken.’   Al is de presentatie wat statisch en daardoor wellicht minder aantrekkelijk, de kracht van de taal maakt indruk.

Dan is de het de beurt aan rapper Savio Marlon ‘Aksisaf’, zijn stem klinkt soms wat zacht ten opzichte van de ritmische, stuwende achtergrondmuziek. De raptekst is als een bekentenis waarin de rapper zich positioneert ten opzichte van zijn omgeving. ‘Ik leef in die bullshit, maar ik weet dat ik goed zit’ – leef je doelen, doe je dromen, rappen schrijft geschiedenis – ‘dank jullie wel dat jullie hebben willen luisteren naar mij, dit was mijn spiegel, dank U.’  Rappen ontwapent wellicht omdat het ideaal vanuit de banale werkelijkheid wordt opgezocht, waarbij de taalvondsten vaak origineel zijn. De rapper scoort hoge ogen.

Nestor Geert Fokkens uit Winschoten kan bogen op een indrukwekkend c.v.: Docent schrijfopleiding, scenarioschrijver, twintig filmscenario’s gepubliceerd, genomineerd voor Het Gouden Kalf.  Na deze belofte volgt de teleurstelling.  Fokkens brengt een langdradige weinig overtuigende tekst  - ooit tijdens zijn carrière geschreven - vol ironische bespiegelingen waarbij samenhang en motivatie lijken te ontbreken.  Soms is de tekst ronduit stuitend grof en banaal.  Een liedtekst uit 1984 geschreven voor het Noord-Nederlands Toneel wordt integraal voorgelezen: ‘Wie waait met alle winden mee, een pyromaan op zee …’.   Presentator Daniël Vis probeert de voordracht nog enig cachet  te geven door bij zijn afkondiging de naam Schopenhauer te laten vallen, een moeilijk toegankelijke Duitse filosoof.

Vervolgens treedt Alkmaarder Sjoerd van Berkel op, gespecialiseerd in fantasierijke korte verhalen.  Sjoerd brengt een lichtgewicht levensgevoel in deze tijd na de verwarring en onrust bij de aanslag op de redactie van de satirische Franse krant Charlie Hebdo. Er volgt een luchtige tekst waarbij de eigen positie tegenover de harde werkelijkheid wordt verkend met als slotzin ‘Je suis Sjoerd’.  Daarbij gaat de tekstdichter in theatrale pose op het podium staan, ter bekrachtiging van dit theatraal gebaar wordt zelfs een kledingsstuk ontknoopt. Hierna presenteert Sjoerd een kolderieke column over de ontmanteling van het verzorgingshuis, c.q. de verzorgingsstaat. Een glimlach verschijnt onder het publiek vanwege de absurde, fantasierijke vondsten.

Duo In Woord en Gebaar brengt intieme poëzie op theatrale wijze, waarbij Annemarie Kuster tekst voordraagt  die door gebarentaaltolk Nicolette de Wandeler worden uitgebeeld. Kuster probeert de idylle in het leven terug te vinden, waarbij de plastische uitbeelding in gebarentaal een meerwaarde geeft voor het kijkend publiek, aan een kale voordracht is veelal minder te beleven. Een gedicht naar aanleiding van een bezoek aan een zorgcentrum getiteld ‘In het ijle leven’ geeft een treffend sfeerbeeld. De teksten zijn lichtelijk speels en lijken terug te voeren tot de spirituele wereld van dames op gevorderde middelbare leeftijd, aan de sleetplekken van het denken, met een kwinkslag zonder ironie, als om de harmonie van het kind weer te hervinden. Zo heeft ieder een persoonlijke reden om op het podium te gaan staan. 

Deelnemer Paul Hergaarden introduceert zich als programmamaker bij Radio Vrede, presentator bij RTV Alkmaar en gescheiden vader van vier kinderen.  De teksten van Hergaarden zijn geladen met authentieke tragiek. ‘Het speenkruid bloeit, de lammetjes springen, ik wil mijn hart laten zingen maar er klopt iets niet.’  De dichter, gestoken in het nette pak, brengt teksten met verpakt levensleed als een soort biecht binnen het kader van de literaire bijeenkomst in de boekhandel.  Er volgt een respectvolle reactie vanuit het publiek.

Zoals bij zoveel literaire middagen is er sprake van een flinke tijdsoverschrijding binnen het programma. Enkele mensen van de organisatie vanuit filmhuis Alkmaar stappen na het vaststellen van de deelnemers aan de tweede ronde op. 
 
Er zijn nu nog vier kandidaten over: Casper Coenegracht, Aksisaf, Gert Fokkens en Annemarie Kuster met Nicolette de Wandeler.  Dichter Coenegracht heeft het over een avontuur in Antwerpen, een gemankeerde liefde, waarbij de tekst met enige hapering wordt gebracht, ‘Er zat niets anders op dan luidkeels doen alsof we opnieuw geboren worden’ is de conclusie. Nogal veel Weltschmerz en niet erg overtuigend. Rapper Aksisaf ‘Savio Marlon’ komt met een gerapt levensverhaal ‘ik leef mijn future samen met iedereen’ in bescheiden presentatie. Bij een rapper gaat het vaak om de sociale integratie met een groep gelijken die zich vanuit een underdogpositie emanciperen. De rapper weet levensgevoel en houding overtuigend te brengen en wordt zo herkend als jong talent.  Uiteindelijk blijkt na de derde stemronde dat rapper Aksisaf de 1e prijs heeft gewonnen en dus Alkmaar mag vertegenwoordigen op de NK Poetry Slam 2016 in Utrecht.

Toneelschrijver Gert Fokkens brengt bij zijn tweede voordracht een monoloog uit ‘Geen omstandigheden’. Over een stem die doorratelt in het duister, praten en niets zeggen. Een suggestie van diepzin waarbij de inhoud tekortschiet. Fokkens komt niet in aanmerking voor een prijs. Schopenhauer vond er het zijne van. Annemarie Kuster ‘In Woord en Gebaar’ kiest voor de gevoelige toets. ‘Van alles wat het leven biedt geniet ik nog het meest van kleur.' De twee dames slagen er goed in om een intieme sfeer neer te zetten. In der Beschränkung zeigt sich der Meister. Een gedicht over de dood, verstoken van familieleden, als de herinnering aan eigen poëzie is vergeten, intrigeert. Een tekst over eendjes waarbij bij wijze van happening papiersnippers door het publiek worden weggeworpen is inhoudelijk wat infantiel en laat zien dat de letteren in de provincie toch nog vaak gepaard gaan met een zekere benauwdheid en krampachtigheid, de vrije vlucht van ruimere gedachten blijkt moeilijk te bereiken. Ondanks deze beperking krijgt het duo ‘In Woord en Gebaar’ van het publiek de tweede prijs.  
 
Felix Hogeboom



Felix on woensdag 02 december 2015 - 23:04:48 | Lees/plaats reactie: 0

Welkom

Vacuüm Cultuurnetwerk Alkmaar - 2017